DE MORGEN - 13 feb 2010
Interview door Nadia Dala
Ik wist niet dat u zo'n rabiaat feminist was.
Etienne Vermeersch: "Mijn interesse in het feminisme dateert van een periode dat ik plots terug in de wereld terecht kwam. Op mijn negentiende ging ik het klooster in, maar vijf jaar later trad ik er weer uit. In één klap stond ik in de echte wereld. Alles leek veranderd. Het was 1958, exact tien jaar voor wat men de 'historische seksuele revolutie' van mei '68 noemt. Maar die revolutie kwam eigenlijk al in de jaren '60 op gang... In die aanloopperiode maakte ik een dramatische overgang mee van een gesloten religieus milieu naar een sociaal bewogen en woelig studentenleven. Ik combineerde niet alleen de tweede licentie klassieke talen met de kandidaturen filosofie aan de universiteit van Gent. Ik ging ook naar alle mogelijke vergaderingen van studentenbewegingen. Daar ontmoette ik, als snaak van vierentwintig, voor het eerst vrouwelijke studentes. Sommigen hadden al een vrije seksuele moraal en waren bij de eersten die bijvoorbeeld pessaria gebruikten. Af en toe ging het mis en moest zo'n studente een clandestiene abortus ondergaan. Tja, de drang naar vrijheid was enorm toen. Velen hadden ook Le deuxième sexe van Simone de Beauvoir gelezen. Zo'n baanbrekend boek was dat toen, het ging over de onderdrukte positie van de vrouw. (denkt na)
"Het was een stimulerende fase, alles werd bespreekbaar. We discussieerden vrijuit en zonder gêne over revolutionaire wetenschappelijke studies over het masturbatiegedrag van mannen en vrouwen. Mijn mond viel open van verbazing toen ik las dat tweeënnegentig procent van alle jongens masturbeert. Ik was dus jarenlang niet normaal! Als prille twintiger had ik ook nog nooit een meisje gekust."
Ook over het vrouwelijk orgasme vloeide toen veel inkt. Volgens de Britse schrijfster Eva Figes was de ontdekking van het vrouwelijk orgasme 'in combinatie met de moderne anticonceptie de grootste nagel aan de doodskist van het machismo'.
"Het wetenschappelijk werk van William Masters en Virginia Johnson over de fysiologische aspecten van het vrouwelijk orgasme veegde midden jaren zestig de vloer aan met ouderwetse opvattingen over de vrouwelijke seksualiteit. Beide wetenschappers kwamen tot de onthutsende conclusie dat een zuiver vaginaal orgasme neurologisch niet kon. Tot dan geloofde iedereen in de theorie van Sigmund Freud, dat zowel een clitoris-orgasme als een vaginaal orgasme mogelijk is bij vrouwen. Freudianen beweerden ook dat een louter clitoraal orgasme bij volwassen vrouwen op een storing in de seksuele ontwikkeling wees. Gezonde volwassen vrouwen hadden daarom enkel vaginale orgasmen. Masters en Johnson maakten komaf met die stelling. Ze brachten ook aan het licht dat een vrouw vele orgasmen na mekaar kan hebben en dat haar orgasmen erg kunnen verschillen in intensiteit. Dit was onwaarschijnlijk revolutionair en bevrijdend. In één klap werden veel mythes over het vrouwelijk orgasme stuk geslagen.
"Er waren ook discussies of vrouwelijke kenmerken vooral aangeboren waren, dan wel cultureel bepaald. Toen ik tegen het einde van de jaren zestig hoogleraar aan de universiteit was, discussieerden mijn vrouwelijke medewerksters onderling over de culturele en biologische verschillen tussen mannen en vrouwen. We hebben toen een proef gedaan tijdens de examens. We wilden weten of jongens een verschillend gedrag vertoonden dan meisjes bij het inleveren van hun schriftelijk examens. Wat bleek telkens weer? Door de band brachten jongens sneller hun examens binnen dan meisjes."
'Je moet niet anti man zijn om pro vrouw te zijn', wil het gezegde. U wordt strijdvaardig als het gaat over vrouwelijke wetenschappers uit het verleden.
"Ik kan erg geëmotioneerd geraken over deze vrouwelijke genieën, dat klopt. Ik word boos omdat ik vind dat ze vreselijk behandeld werden. Er waren uitzonderlijke vrouwelijke wetenschapsters in de loop van de geschiedenis. De meesten onder hen werden miskend door hun mannelijke collega's. Ik vind het ergerlijk dat veel hedendaagse feministes nauwelijks iets weten over deze wetenschapsters. Dat verbaast me het meest: ze zijn vergeten door de vrouwen van nu. Maar bon, ik heb jarenlang de geschiedenis van de wetenschappen onderzocht, ook in de Oudheid en in de Middeleeuwen. Daarom weet ik er iets over. Het is terloops opgedane kennis."
'Wetenschap is blijkbaar niet geslachtloos: ze is een man, vader en ziek bovendien.' Virginia Woolf wist zeer goed waarom vrouwen niet au sérieux werden genomen in de exacte wetenschappen.
"Vrouwen werden lang niet geaccepteerd in de kringen van wetenschappers. Eén van de eerste vrouwelijke genieën die ik in de wetenschapsgeschiedenis ben tegengekomen was Hypatia van Alexandria. Ze kwam in 415 na Christus op bloederige wijze om het leven toen een meute christenen haar van haar wagen sleurde en molesteerde. Uiteindelijk werd ze doodgeslagen in een kerk. Veel is er niet over haar bewaard. Maar we weten wel dat ze een grote neo-Platonische filosofe was. Ze geloofde in een soort God die de basis is van alles en die zich in verschillende manifestaties uitstort, zoals bijvoorbeeld in de 'Logos'. Hypatia was ook een pientere wiskundige en ze maakte indruk als sterrenkundige. Ze woonde publieke bijeenkomsten bij en vertoonde zich in het gezelschap van staatslieden en mannelijke wetenschappers. Zij ontwierp ook een astronomisch instrument waarmee ze de plaats en de hoogte van een hemellichaam kon berekenen, het zogenaamde astrolabium.
"Gelukkig verging het die andere grote kosmologe, Hildegard van Bingen, een pak beter. Maar zij was dan ook de machtige abdis van een klooster. Kloosteroversten hadden een apart, beschermd statuut. Hildegard Van Bingen bestudeerde de samenhang van de kosmos al in de twaalfde eeuw na Christus. Daarenboven was ze de allereerste componiste van de klassieke muziek zoals we die nu kennen. Wie weet dat vandaag nog?
'Emilie du Châtelet vertaalde als eerste Newtons hoofdwerk in het Frans én ze schreef er nog commentaren bij ook. Ze verbeterde zelfs één van Newtons wetten' — Etienne Vermeersch
"Maar voor de meeste vrouwelijke wetenschapsters bleef het de daaropvolgende eeuwen knokken. Over de achttiende-eeuwse Emilie du Châtelet zei Voltaire, waarmee ze nochtans erg goed bevriend was, dat ze een 'ongelooflijke persoon was met slechts één nadeel: ze was een vrouw'. Vrouwen met een wetenschappelijke aanleg vond men toen bevreemdend. Men was ervan overtuigd dat vrouwen van nature minder bekwaam waren op theoretisch vlak. Maar deze Emilie du Châtelet vertaalde als eerste Newtons hoofdwerk in het Frans én ze schreef er nog commentaren bij ook. Du Châtelet verbeterde zelfs één van Newtons wetten. Er is een zeker verband tussen haar formule over de kinetische energie en de bekendste formule van Einstein. Dankzij haar adellijke afkomst en haar vriendschap met Voltaire kreeg ze toch de kans om haar talenten te ontplooien. Zo kon ze in de adellijke salons met de grootste geleerden in discussie treden. En toch, op haar veertigste stierf ze een trieste dood. Eén van haar jongere vrijers had haar zwanger gemaakt. Ze overleefde het kraambed niet. In die tijd besteedde men nauwelijks aandacht aan hygiëne: de dokters wasten hun handen toen nog niet. Zo is Emilie du Châtelet, een zo verdienstelijke geleerde, al te vroeg aan haar einde gekomen door het feit dat een typisch vrouwelijke problematiek niet ernstig werd benaderd."
U hebt ook een persoonlijk verhaal over één van deze dappere wetenschapsters.
"Ach, ik heb nog zoveel verhalen... Wist je dat de achttiende-eeuwse Marie-Anne Lavoisier, die samen met haar man in het labo werkte, mee aan de basis lag van de grondbeginselen van de moderne scheikunde? Of dat Marie Curie alleen dankzij haar genereuze man op haar volle waarde werd ingeschat? Aan het begin van de twintigste eeuw ontdekte ze radium en polonium. Daardoor werd ze de eerste wetenschapper die twee Nobelprijzen mocht ontvangen. Toch werd ze geweigerd door de Académie de Sciences in Frankrijk: ze was een vrouw. En dan is er nog Lise Meitner, die de eerste atoomsplitsing mee heeft gerealiseerd met de mannelijke wetenschapper Hahn. Alleen hij kreeg de Nobelprijs. Er is ook de bijna vergeten rol van Rosalind Franklin bij de ontdekking van de DNA-structuur.
"Nog erger is het gebrek aan erkenning bij feministen van Emmy Noether, de grondlegster van de moderne algebra. Einstein zelf bejubelde haar als de grootste vrouwelijke wiskundige aller tijden. Een van haar studenten, de grote algebraspecialist Bartel Leendert van der Waerden, heb ik persoonlijk gekend. Onder invloed van Noethers lessen had hij een belangrijke stelling ontdekt. Toen hij haar dat voorlegde, raadde ze hem aan om dat onmiddellijk te publiceren. Later ontdekte van der Waerden dat Emmy Noether zelf deze resultaten voor hem al had. Maar ze liet hem met de eer lopen. En dat ondanks het feit dat zij als vrouw geen professor kon worden. Enkele weken nadat Leenderts vrouw mij dat verteld had, zag ik in een boekhandel een boek van hem over de geschiedenis van de algebra: Van al-Khwarismi tot Emmy Noether. Eindelijk iemand die, decennia later, op treffende wijze zijn dankbaarheid tegenover een grote dame tot uiting bracht. Ik was diep ontroerd."
—————————————————
© 2010 De Persgroep Publishing