Pleidooi voor de opkomstplicht - Etienne Vermeersch

Prof. Etienne Vermeersch
Wat is eigenlijk het argument tegen de opkomstplicht? De vrijheid? Maar niemand is vrij van verplichtingen tegenover de maatschappij.
Etienne Vermeersch 
 

De democratieën waaraan wij de voorkeur geven zijn niet gebaseerd op directe uitingen van de ‘volkswil’, maar worden gekenmerkt: (a) door hun representatiekarakter : men kiest voor een beperkte periode ‘vertegenwoordigers’, die dan zelf wetten goedkeuren; (b) door hun constitutioneel karakter: het gehele politieke leven verloopt binnen een kader van principes dat men slechts via een bijzondere meerderheid kan wijzigen.

Daarbij is het de bedoeling dat de ‘volkswil’ zo goed mogelijk in tot uiting komt, en daarmee bedoelt men: (1) dat alle volwassen staatsburgers aan die verkiezingen kunnen deelnemen en (2) dat zij hun stem volkomen vrij kunnen uitbrengen. 

Een elementaire voorwaarde voor een volledige vrijheid in het stemgedrag, is dat deze stemming geheim is. Er is niet veel diepzinnig denkwerk nodig om in te zien dat alleen een verplichte stemming echt geheim is. Hiermee bedoel ik dat iedereen zich naar het stemhokje moet begeven. Immers, zodra men weet dat iemand niet is gaan stemmen, weet men automatisch ook voor wie hij niet gestemd heeft, en dat doet afbreuk aan het geheim.

Men zou kunnen zeggen dat dit aspect van het geheim niet relevant is, maar dat is strijdig met de historische feiten. Gedurende vele decennia werden de zwarten in de zuidelijke staten van de VS onder druk gezet (door KKK en anderen) om niet te gaan stemmen, met het gevolg dat de zwarte stemmen nauwelijks konden doorwegen op het eindresultaat. Kortom, zolang er enige vorm van intimidatie inzake het stemgedrag mogelijk is, bestaat er geen reële vrijheid van alle burgers. 

 

Men kan bij ‘vrije opkomst’ niet uitsluiten dat in bepaalde bevolkingsgroepen de mannen hun vrouwen bijvoorbeeld onder druk zetten om niet te gaan stemmen.

- Etienne Vermeersch

 

Men antwoordt hierop dat dit gebrek aan vrijheid bij ons geen belang meer heeft, omdat echte intimidatie op dit gebied niet meer bestaat. Maar (1°) dat is irrelevant, het gaat immers om zulke belangrijke principes, dat ze ‘universaliseerbaar’ moeten zijn; (2°) dat wordt des te meer duidelijk als men beseft dat ontwikkelingslanden hun model van democratie van de westerse landen afkijken, terwijl bij hen wel degelijk nog diverse vormen van zulke intimidatie kunnen bestaan; (3°) ten slotte is dat argument ook bij ons feitelijk onjuist: men kan bij ‘vrije opkomst’ niet uitsluiten dat in bepaalde bevolkingsgroepen de mannen hun vrouwen bijvoorbeeld onder druk zetten om niet te gaan stemmen.

Kortom, alleen een algemene opkomstplicht garandeert volledig geheime verkiezingen; en alleen dit geheim garandeert een volledig vrije keuze. 

Een tweede, minder dwingend, maar toch belangrijk argument voor de opkomstplicht is dat dit een duidelijk signaal betekent voor de burgers dat zij in een maatschappij niet alleen rechten hebben, maar ook plichten en dat het hun plicht is zich te bekommeren om het welzijn van het gemenebest. Partijen die ijveren tegen de opkomstplicht geven een verkeerd signaal; het signaal dat mensen het recht hebben zich er niet om te bekommeren.

 

Zolang er enige vorm van intimidatie inzake het stemgedrag mogelijk is, bestaat er geen reële vrijheid van alle burgers. 

Etienne Vermeersch 

 

Wat is eigenlijk het argument tegen de opkomstplicht? De vrijheid? Maar niemand is vrij van verplichtingen tegenover de maatschappij. Dat sommige mensen er niets van af weten? Maar wie zegt dat degenen die wel gaan stemmen er meer van afweten? Omdat ze beter geïndoctrineerd zijn?

Met onze opkomstplicht begint België stilaan alleen te staan. Dat is te betreuren. Niet voor ons, maar voor die andere landen.

Prof. Etienne Vermeersch