Euthanasie bij dementie? Het is de hoogste tijd! - Etienne Vermeersch, 2008

Etienne Vermeersch

Het is de hoogste tijd dat tijdens deze regeerperiode gewerkt wordt aan een uitbreiding van euthanasie bij dementie.

Etienne Vermeersch, 2008

We hadden het kunnen verwachten, maar toch worden we het niet gewoon. Sinds meer dan dertig jaar herhalen de voorstanders van de euthanasiewetgeving dat zij geen uitspraken doen over andere mensen, dat zij het niet over de menselijke waardigheid in het algemeen hebben, en natuurlijk, dat zij niemand, maar dan ook niemand iets willen opdringen. Wij vragen alleen dat ieder mens die geconfronteerd wordt met lijden en aftakeling - met wat hij/zij voor zichzelf als lijden en aftakeling beschouwt - daaraan op waardige wijze een einde zou mogen maken.  

Etienne Vermeersch - De Standaard I Opinie - 22 / 3 / 2008

 

Wellicht gaan zij die aan anderen eeuwenlang een eenheidsdenken over leven en dood hebben opgelegd, ervan uit dat iedereen die voor zichzelf - en alleen voor zichzelf - een andere visie ontwikkelt, die meteen ook aan anderen wil opdringen.    

 Etienne Vermeersch, 2008

 

Meer dan anderhalf jaar geleden heb ik met Hugo Claus over zijn mogelijke euthanasie gesproken. Had hij het daarbij over het feit dat hij 'zijn familie niet meer tot last wou zijn, de ziekteverzekering niet wou opzadelen met medische en verzorgingskosten', zoals broeder Stockman schrijft?

Neen.

Vond hij dat andere dementen zijn voorbeeld moesten volgen?

Neen.

Hij had het heel gewoon over het feit dat hij, Hugo, die jarenlange aftakeling niet wou meemaken. Hij had altijd een zelfbeeld gehad van de creatieve persoon die zijn lot in eigen handen nam, voor wie 'Ni Dieu, Ni Maître' (Geen God, Geen Meester, red.) geen slogan, maar een levenshouding was. Daarbij kwam geen afkeuring over de levenskeuze van bijvoorbeeld Gerard Reve over zijn lippen. Wel wou hij voor zichzelf een andere keuze maken.

Vanwaar komt toch die blijkbaar maniakale gedachte dat iemand die voor zichzelf een wijze van leven en sterven kiest, zonder anderen een strobreed in de weg te leggen, daarbij die anderen als 'eng, dom en kwezelachtig' (Stockman) zou beschouwen?

Wellicht gaan zij die aan anderen eeuwenlang een eenheidsdenken over leven en dood hebben opgelegd, ervan uit dat iedereen die voor zichzelf - en alleen voor zichzelf - een andere visie ontwikkelt, die meteen ook aan anderen wil opdringen. Dogmatici denken blijkbaar dat iedereen die een afwijkende mening heeft, ook zelf een dogmaticus wil zijn.

De werkelijkheid is echter van een heel andere orde. In Frankrijk is zopas weer gebleken hoe gruwelijk een samenleving kan zijn die een vreselijk lijdende vrouw weigert te helpen en haar in eenzaamheid een pijnlijke dood laat sterven. Christelijke naastenliefde heet dat.

En ook in België gaan na Hugo's dood de mensen zich niet tot euthanasie verplicht voelen. Wel integendeel, nog altijd is het in sommige katholieke ziekenhuizen zo - en ik kan recente voorbeelden geven - dat aan patiënten die mateloos lijden een waardig sterven wordt ontzegd. Dat 'broeder van liefde' Stockman maar beter zijn gezag laat gelden om daar orde op zaken te stellen.

Hoewel ons land door zijn wetgeving wereldwijd vanuit ethisch oogpunt op een eenzame hoogte staat, is het bevrijdend karakter ervan nog niet voor alle zinloos lijdenden toegankelijk. Weliswaar stijgt het aantal humane artsen, maar een harteloze ethiek is nog bij veel geneesheren en hospitaaldirecties blijven hangen. Hoewel dat niet zijn eerste bedoeling was, zal de euthanasie van Hugo Claus wellicht op termijn tot een nieuwe doorbraak leiden.

 

Voor Hugo Claus was 'Ni Dieu, Ni Maître' geen slogan, maar een levenshouding.

Etienne Vermeersch, 2008

 

Binnen de huidige wetgeving kan euthanasie alleen worden toegestaan zolang de betrokkene wilsbekwaam is, dat wil zeggen in volle bewustzijn en met kennis van zaken zijn aanvraag kan formuleren. Een levensbeëindiging bij een niet-wilsbekwame persoon, op basis van een 'voorafgaande wilsbeschikking' is alleen mogelijk als die persoon onbewust is, dit wil zeggen in coma. Verregaande vormen van mentale verwarring of van dementie komen hiervoor niet in aanmerking. Nochtans had een van de groepen in het Raadgevend Comité, die het advies inzake levensbeëindiging hebben voorbereid, aangedrongen op een oplossing voor wilsonbekwamen in het algemeen; met name dus ook voor de zwaar dementen.

Het is de hoogste tijd dat tijdens deze regeerperiode gewerkt wordt aan een uitbreiding van de euthanasiewet ten behoeve van deze groep en ook van de minderjarigen. Het pijnlijke in het geval van Hugo Claus is immers dat hij nog een tijd in een min of meer aanvaardbare situatie had kunnen leven (met ups en downs), maar op een bepaald ogenblik zou zijn situatie zo ver gevorderd zijn dat door de diepe dementie een euthanasieaanvraag onmogelijk geworden zou zijn.

Er is uiteraard nog wat denkwerk nodig om de criteria voor zo'n wetsuitbreiding uit te werken, maar juist daarom is het nodig er nu aan te beginnen. Het wordt in deze omstandigheden eentonig en zelfs pijnlijk - maar het blijkt toch nodig het nog eens te herhalen - dat hierbij niemand, maar dan ook niemand, onder druk zal worden gezet om een euthanasie te bekomen, of zelfs aan te vragen: alles blijft gebaseerd op de vrije wilsbeschikking van een persoon op een ogenblik dat hij over al zijn geestelijke vermogens beschikte.  

 

Dogmatici denken blijkbaar dat iedereen die een afwijkende mening heeft, ook zelf een dogmaticus wil zijn.

Etienne Vermeersch, 2008

 

Reactie van Etienne Vermeersch op een lezersbrief van Patrick Loobuyck mbt de hoofddoek in de islam

Etienne Vermeersch - Patrick Loobuyck

Reactie van Etienne Vermeersch op een lezersbrief van Patrick Loobuyck mbt de hoofddoek in de islam

4 december 2007 - De Standaard — Etienne Vermeersch reageert op een lezersbrief met als onderwerp de hoofddoek in de islam. Daarin poogt Patrick Loobuyck te brengen dat religie geen anachronisme is. Daarmee doelt hij dat Etienne Vermeersch vindt dat sommige religies achterhaald zijn. De heer Vermeersch reageert in dit stuk op de lezersbrief van Patrick.

 

Stop de discussie over kledijvoorschriften uit de zevende eeuw'

Stop de discussie over kledijvoorschriften uit de zevende eeuw

'Als een vrouw met hoofddoek je aan het loket goed helpt, dan wordt godsdienst vanuit een publieke functie verspreid.' In dit stuk juicht Etienne Vermeersch het hoofddoekenverbod in Gent toe en pleit hij voor publieke functies in heel België. 

Etienne Vermeersch I De Standaard - 28 november 2007

Moraalfilosoof Etienne Vermeersch juicht het hoofddoekenverbod in Gent toe. 'Al had ik nog liever een hoofddoekenverbod voor publieke functies in heel Vlaanderen gezien', zegt hij. 'Nu zitten we met de vervelende situatie dat er wel een verbod is in Antwerpen, Lokeren en Gent, maar in andere steden niet. Overal waar Vlaams Belang een voorstel indient, trekt de partij het publiek naar haar kant, terwijl het de verantwoordelijken zelf zouden moeten zijn die een regeling uitwerken.'

Vermeersch heeft wel begrip voor de tegenstanders van een verbod, zoals de socialisten, die staan te roepen dat het een schande is.

'De moslims behoren niet meteen tot de topgroep in onze maatschappij, en worden vaak gediscrimineerd. Maar ik ben altijd principieel geweest', zegt hij. 'Twintig jaar geleden betoogde ik ook al in een scherp artikel voor een verbod van kruistekens in de rechtbanken, om het vermoeden van onpartijdigheid te bewaren.'

Vermeersch vindt het dan ook verkeerd om het hoofddoekenverbod als een actie tegen de islam te beschouwen.

'Dit gaat ook niet over de islam. Alle mensen die in hun functie met het publiek in contact komen of verantwoordelijkheid dragen, moeten vrij zijn van levensbeschouwelijke tekenen omdat de openbare diensten neutraal moeten zijn. Niet alleen onpartijdigheid is belangrijk, maar ook de schijn van onpartijdigheid.' 'Het gaat er niet om dat mensen met een hoofddoek ervan verdacht worden dat ze onpartijdig zijn, alleen tonen ze geen vermoeden van onpartijdigheid.' Het is zelfs nog erger als die moslima's met een hoofddoek hun werk goed doen, stelt Vermeersch. 'Stel, als burger vang je bij de openbare diensten constant bot, tot iemand met een hoofddoek je wél helpt. Dan ben je geneigd een positieve associatie te maken tussen die persoon en de islam. Op die manier wordt godsdienst vanuit een publieke functie verspreid. Dus: hoe beter de moslima's met hoofddoek hun werk doen, hoe gevaarlijker.

Waar deze discussie over gaat, is een gebrek aan inzicht over wat de civiele maatschappij werkelijk inhoudt', zegt Vermeersch.

'Als je op één punt aanvaardt dat je uiting mag geven aan je godsdienst in een publieke functie, zet je de deur open voor alles.' 'Moeten we dan aanvaarden dat een vrouw in burka lesgeeft, zoals dat nu al in Engeland gebeurt? Moeten we dan aanvaarden dat moslimvrouwen ons geen hand meer mogen geven? Dat we gescheiden zwembaden moeten bouwen? Of dat een arts een moslimvrouw niet meer mag behandelen?'

Volgens Vermeersch zijn veel moslima's bovendien zelf niet consequent. 'Veel vrouwen zeggen dat ze de hoofddoek dragen, omdat de Koran dat voorschrijft. Als ze dat beweren, moeten ze het ook goed vinden dat de man zijn vrouw slaat en moeten ze homo's verderfelijk vinden.'

'Het kan best pijnlijk zijn voor vrouwen dat ze nu hun hoofddoek niet meer mogen dragen aan het loket, maar men voert een achterhaald gevecht', aldus Vermeersch.

'Ik hoop dat men de discussie over kledijvoorschriften uit de zevende eeuw eindelijk laat vallen en sereen nadenkt over wat een moderne islam in onze huidige samenleving kan betekenen.' (yd) 

 

Etienne Vermeersch over Hugo Van den Enden (beste vriend en collega)

Etienne Vermeersch
Ethicus Hugo Van den Enden

Het eerste jaar dat ik samen met deze briljante student heb meegemaakt, was een van de belangrijkste van mijn leven en we hebben er beiden een levensbeschouwelijke ommekeer meegemaakt.

Etienne Vermeersch

 

Prof Etienne Vermeersch' toespraak tijdens de uitvaart van zijn goede vriend Prof Hugo Van den Enden:

Bij de uitvaart van Simone, de betreurde vrouw van Hugo, had hij mij gevraagd een tekst voor te lezen die hijzelf geschreven had; ik heb daar een paar details aan toegevoegd zonder hem ontrouw te zijn, en hij apprecieerde dat. Voor hetgeen ik vandaag moet zeggen om hem te gedenken, sta ik er alleen voor, maar ik meen dat het mijn opgave is hier getuigenis af te leggen van wie hij geweest is. Om hem trouw te blijven zal ik ook hem zoveel mogelijk zelf aan het woord laten.

Etienne Vermeersch
hoogleraar emeritus
Universiteit Gent

 

Hugo Van den Enden is geboren in Antwerpen op 27 juni 1938. Hij volgde de humaniora (Grieks-Latijnse) bij de Jezuïeten in het Xaveriuscollege (Borgerhout) en studeerde daarna Germaanse filologie en Wijsbegeerte aan de Gentse Universiteit. Zijn eerste leermeester was professor Uyttersprot, die hij erg waardeerde - en die waardering was wederzijds. Daarna was de confrontatie met de professoren Apostel en Kruithof voor zijn verdere ontwikkeling beslissend.

Als tiener en als jonge student, ging zijn belangstelling overwegend uit naar de literatuur, vooral de Duitse, en naar de muziek van Wagner. Zowel het muzikale als het muziektheoretische werk van die componist kende hij reeds in de humaniora door en door. Hij was al vroeg ongelovig geworden en zijn wereldbeschouwing als eerstejaarsstudent was sterk door Goethe bepaald en, onder de hedendaagse essayisten, door de gebroeders Jünger, vooral Friedrich Georg, over wie hij een voortreffelijke licentieverhandeling zou schrijven.


Het is niet onbelangrijk daarop te wijzen omdat zijn latere ontwikkeling naar een eerder neo-positivistische visie op wetenschap en wijsbegeerte helemaal niet geduid kan worden als een gebrek aan vertrouwdheid met de artistieke en 'geesteswetenschappelijke' tradities. Wel integendeel.

Ik heb Hugo leren kennen in het academiejaar 59-60; we volgden toen de eerste kandidatuur Wijsbegeerte, maar ikzelf voltooide daarnaast ook mijn licentie Klassieke Filologie, en hij voltooide tegelijk zijn eerste licentie Germaanse Filologie. 

Het eerste jaar dat ik samen met deze briljante student heb meegemaakt, was een van de belangrijkste van mijn leven en we hebben er beiden een levensbeschouwelijke ommekeer meegemaakt.

We hadden toen bij Leo Apostel en Jaap Kruithof seminaries over kennisleer, antropologie en ethiek. Die twee jonge professoren stimuleerden ons om bijna wekelijks ‘papers’ te schrijven waarin wij een standpunt moesten formuleren over de meest uiteenlopende onderwerpen. Ik probeerde de problemen te benaderen vanuit een toen nog gelovige achtergrond; maar dat lukte niet en hij poogde het vanuit zijn Goethiaanse Weltanschauung.

Hij deed dat met een verbluffend talent, maar ook hij kwam tot de bevinding dat een strenge argumentatie op deze wijze niet mogelijk was. En zo groeiden wij in een vinnige maar vriendschappelijke confrontatie meer en meer naar elkaar toe via een analytische en neopositivistisch getinte wijze van denken. Tegen het einde van dat jaar hadden wij onze eigen wijsgerige persoonlijkheid ontwikkeld - ik was intussen ook ongelovig geworden - maar tevens hadden we een terrein gevonden waarop we elkaar voor de rest van ons leven konden stimuleren en waarderen. Ik ben daar nog altijd heel dankbaar voor.

Na zijn licentie Germaanse werd hij voor enige tijd leraar: hij moest immers vrouw en kinderen onderhouden en er was nog geen assistentenplaats vrij. Toch bleef hij zich als filosoof ontwikkelen en hij interesseerde zich voor de ethisch-politieke kwesties die toen aan de orde waren. Kruithof en Van Ussel, die de discussies over jeugdseksualiteit en contraceptie gelanceerd hadden, vonden in hem een actieve bondgenoot, maar al snel verplaatste hij het debat naar een terrein waar ze hem slechts schoorvoetend konden volgen.

 

Zijn eerste, blijvende, verdienste voor de ethische ontvoogding in ons land, was immers zijn inzet voor de abortuswet. In talloze lezingen en artikels over dit onderwerp maakte hij brandhout van de argumenten van de tegenstanders en dat leidde in 1971 tot het boek “Abortus, pro en contra”, dat ook in Nederland veel succes kende.

Etienne Vermeersch

 

Zijn eerste, blijvende, verdienste voor de ethische ontvoogding in ons land, was immers zijn inzet voor de abortuswet. In talloze lezingen en artikels over dit onderwerp maakte hij brandhout van de argumenten van de tegenstanders en dat leidde in 1971 tot het boek “Abortus, pro en contra” (Wereldvenster), dat ook in Nederland veel succes kende. 

Maar lang voor de abortuswetgeving in België uiteindelijk tot stand kwam (1990), had Hugo zich reeds volop in een nieuwe strijd geëngageerd. In 1983 werd de “Vereniging voor het Recht op Waardig Sterven” gesticht, waarvan hij jarenlang de actieve ondervoorzitter zou zijn. Ook hierover gaf hij talloze lezingen en publiceerde hij artikels, in binnen- en buitenland. Zo ontstond in 1995 “Ons levenseinde humaniseren. Over waardig sterven en euthanasie” (VUB Press). De Belgische euthanasiewet trad in werking op 23 september 2002 en als reactie daarop bracht hij een herziene uitgave van dit boek in 2004.

Zowel de abortuswet als de euthanasiewet beantwoordden niet volledig aan het ideaal dat Hugo voor ogen had. Toch blijft het een feit dat hij de vreugde beleefd heeft de twee belangrijkste doelstellingen op het ethisch-politieke vlak waarvoor hij jarenlang heeft gestreden, in een grote mate te zien realiseren. In beide gevallen, zowel wat betreft de euthanasie- als de abortuswet, mocht hij zonder aarzelen het woord van Goethe (1792) op zichzelf toepassen: “wir sind dabei gewesen”.

 

In 1983 werd de “Vereniging voor het Recht op Waardig Sterven” gesticht, waarvan hij jarenlang de actieve ondervoorzitter zou zijn. Ook hierover gaf hij talloze lezingen en publiceerde hij artikels, in binnen- en buitenland. Zo ontstond in 1995 “Ons levenseinde humaniseren. Over waardig sterven en euthanasie” (VUB Press)

Etienne Vermeersch

 

Maar niet alleen op het vlak van de actie heeft hij zijn verdiensten gehad. Naar aanleiding van zijn emeritaat hadden we in 2003 de gelegenheid een aantal van zijn publicaties te bundelen: “Op het scherp van de rede. 40 jaar kritisch denken.” (Garant). Naast de teksten voor een breder publiek vindt men hier enkele strikt wetenschappelijke bijdragen tot de ethiek en de wijsbegeerte, die getuigen van de scherpte van zijn analytisch denken.

Naast zijn magistrale tekst over de vrije wil hoef ik slechts één ander voorbeeld te noemen: zijn analyse van de wetenschapskritiek van de Frankfurter Schule is niet alleen voor deze stroming relevant: een groot deel van het ‘postmodernistisch’ denken kan men met vergelijkbare argumenten ontkrachten;

En ten slotte is er zijn activiteit als professor. Honderden studenten hebben hem meegemaakt als een briljante lesgever en door zijn bijdrage tot de vorming van de leraars Moraal moet, indirect, zijn invloed op talloze jongeren aanzienlijk zijn geweest. Vooraleer ik hemzelf nog een paar keer aan het woord laat, wens ik een belangrijk aspect van zijn levensvisie, zijn onwrikbare vrijzinnige overtuiging via een ander citaat illustreren, zij het dan een citaat uit de Bijbel.

 
Kort is ons leven en vol verdriet
er is geen remedie als de mens doodgaat
en het is nooit vertoond
dat iemand uit de onderwereld terugkwam
Wij zijn immers maar toevallig ontstaan
en later zullen wij zijn
als waren wij er nooit geweest,
want damp is de adem van onze neus
en het denken is een vonk die springt
bij het kloppen van ons hart.
Is die uitgedoofd,
dan vergaat het lichaam tot as
en de geest vervliegt als ijle lucht.
Onze naam wordt op de duur vergeten
en niemand denkt nog aan wat wij gedaan hebben.
Ons leven gaat voorbij
als de laatste sporen van een wolk,
het lost zich op als een nevel,
die verdreven wordt door de stralen van de zon
en bezwijkt voor haar gloed
Een vluchtige schaduw zijn onze dagen
en ons einde is onherroepelijk,
want het is bezegeld en niemand keert terug.
Vooruit dan, laten wij genieten
van het goede dat we hebben
en meteen van het geschapene profiteren,
nu wij nog jong genoeg zijn.
Laten we ons te goed doen
aan kostelijke wijn en aan parfums
en laat geen lentebloesem ons ontgaan.
Laten wij ons bekransen
met rozenknoppen voordat ze verwelken.
Geen feestwei mag verstoken blijven
van ons plezier.
Overal willen wij tekenen achterlaten
van onze vrolijkheid
want dat is ons deel en dat is ons lot.

 

Wijsheid van Salomo hoofdstuk 2, vers 1 tot 9

 


Naast deze diepe overtuiging van de eindigheid van ons persoonlijk bestaan, de afwezigheid van een transcendente god en het besef dat we zelf van ons leven iets moois moeten maken, was er ook een drang om als mens en als filosoof iets te betekenen voor de medemens en de maatschappij.

 

Ik citeer hem:


“Ik denk dat wij wijsbegeerte wilden bedrijven niet in een ivoren toren, niet puur academisch, met abstracte spelletjes, maar dat wij steeds de wijsgerige reflectie wilden vertalen naar actuele relevante maatschappelijke vraagstukken. Een tweede aspect is dat wij kritische, en uiteraard ook vrijzinnige, rationalisten zijn. Dat wij, in ons onderwijs en publicaties, een voorbeeld willen geven aan onze studenten en aan ons publiek, van hoe men door gebruik te maken van de rede, en uitsluitend van de rede, aan kritische analyse van vraagstukken kan doen. En dat zit helemaal haaks op de evolutie die ik zeer betreur en die nu eigen is aan deze universiteit, dat men mensen pousseert om enkel nog specialistische artikels in internationale vaktijdschriften te publiceren… Dat leidt ertoe dat we specialisten krijgen en geen intellectuelen. Een intellectueel is voor mij iemand die op kritisch rationele basis, maatschappelijk relevante en actuele vraagstukken benadert en die een rol te vervullen heeft van maatschappelijke dienstverlening.” 

 

Ik weet dat dit voor sommigen hard kan klinken maar ik weet ook dat hij het zou geapprecieerd hebben dat ik hem hier die laatste kans geef om die inzichten te verwoorden.

 

En ik wil nog een stap verder gaan. Zij die het van meer nabij hebben meegemaakt, weten dat de wijze waarop hij naar zijn dood gegaan is, niet strookte met datgene waarvoor hij zo lang gestreden heeft. Daarom dit laatste citaat van hem, zo toepasselijk op zijn eigen sterven.

 

De stervende
Uit: Ons Levenseinde Humaniseren, 1995.

Velen onder ons weten het. Tengevolge van zware gezondheids-problemen en later, het verlies van Simone, had hij de laatste jaren heel wat van zijn veerkracht en dynamiek verloren, maar wat hij daarvoor realiseerde heeft ertoe bijgedragen het lijden en de wanhoop van veel mensen te verzachten en deze verdienste is een “ktèma eis aiei” een “verworvenheid voor altijd”.

Zonder aanmatigend te willen zijn hoop ik nog eens in zijn naam te kunnen spreken bij het bedanken van een aantal mensen.

Een dankwoord voor de mensen van de Vereniging voor het Recht op Waardig Sterven bij wie hij zich zo goed thuis voelde en die hem gesteund hebben in een belangrijke zingeving voor zijn leven.
Hij zou zeker ook willen dat ik die enkele mensen van de vakgroep en daar rond bedank die hem tot het einde hun genegenheid hebben betuigd.
En natuurlijk zou zijn laatste dankwoord naar zijn kinderen en kleinkinderen gaan die zoveel warmte in zijn leven gebracht hebben.
En, Herwig, heel in het bijzonder bedankt.

 

Hij wou een filosoof zijn met een streng wetenschappelijke aanpak, die de benaderingswijze van het neopositivisme heel nabij was; maar de vervreemding van een denken dat vooral op zichzelf gericht is heeft hem nooit bekoord. Zoals ‘de kleine Johannes’ wou hij “den killen nachtwind tegemoet (gaan), den zwaren weg naar de groote, duistere stad, waar de menschheid was en haar weedom.” (Van Eeden).

Zo zag hij zijn opgave als filosoof; maar -ik merkte het reeds op - zijn ethiek was niet eenzijdig gericht: als mens wou hij ook met volle teugen van het leven genieten. Een volmaakt evenwicht tussen deze twee strevingen tot stand brengen is allicht voor niemand weggelegd. Maar hij heeft wel zijn best gedaan.


Dank je, Hugo, je hebt je rust verdiend.

 

Über allen Gipfeln
Ist Ruh.
In allen Wipfeln
Spürest du
Kaum einen Hauch;
Die Vögelein schweigen im Walde!
Warte nur, balde
Ruhest du auch.
 
(Goethe, 1780)

 

 

Ernstige discussie over cartoonproblematiek is wél mogelijk.

Etienne Vermeersch

In De Morgen verscheen onlangs een opiniërend artikel van Benoît Lannoo, senator Wouter Beke en Kamerlid Tony Van Parys over de verschillende reacties in de media op de Mohammedcartoons (DM, 24/2). Zij vinden dat voor fanatiek 'consumentisme' tegenwoordig zowat alles moet wijken in pers en politiek, inclusief het respect voor miljoenen moslims. Etienne Vermeersch reageert.

Doodsbedreigingen voor Etienne Vermeersch: 'Onderzoek nodig naar gewelddadige reactie moslims.'

Etienne Vermeersch

CNN: 'BELGIAN NEWSPAPERS PRINT CARTOONS'


CNN – 03-02-2006 
– Flemish newspapers on Friday printed a series of cartoons of the Prophet Mohammad, including those published in a Danish newspaper that have sparked outrage across the Muslim world. 

Islamic tradition bars any depiction of the prophet, to prevent idolatry. "Right for Satire," said a front-page headline in Het Nieuwsblad. An editorial in the newspaper called the outcry over the cartoons an attack on freedom of expression.



Another Dutch-language newspaper, Het Volk, printed drawings of the prophet by leading Flemish cartoonists and quoted renowned Belgian philosopher Etienne Vermeersch as saying that Belgian papers should publish such caricatures every week "so that Muslims could get used to the idea."

Broadsheet De Standaard reprinted the 12 cartoons from the Danish daily Jyllands-Posten, saying basic values of democracy were at stake.

The reaction in the country's French-Language papers was more muted, with La Libre asking "Can Muhammad be depicted?" in a front-page headline accompanied by a silhouette of the prophet. 

Belgium, divided into Dutch-speaking Flanders and French-speaking Wallonia, is home to a large Muslim community.

(Bolt by the Official Etienne Vermeersch Website)

-------------

De Gentse filosoof ontving diverse verontwaardigde mails uit de hele wereld, nadat hij geciteerd is op CNN. De internationale nieuwszender meldde dit weekend dat De Standaard de omstreden cartoons publiceerde. De zender citeerde ook Etienne Vermeersch uit Het Volk, waar hij zei dat "Belgische kranten elke week zulke cartoons zouden moeten publiceren zodat moslims aan het idee gewoon geraken".

"Dat was een boutade, terloops en humoristisch opgemerkt", zei Vermeersch daar gisteren over. "Ze werd naar voren gehaald en dus een beetje uit haar verband gerukt. Ik wilde vooral aangeven dat de christenen ook aan dergelijke cartoons gewoon raakten in de loop der jaren. En dat dit proces in de islam blijkbaar nog niet op gang is gekomen."

Vermeersch kreeg prompt een tiental heel negatieve reacties per mail, uit heel de wereld. "Ik val al dertig jaar de christelijke kerk aan met heel harde standpunten, maar de commentaar die dat uitlokte, was dat men zou bidden voor mijn bekering."

Ook andere godsdiensten reageren volgens Vermeersch lang niet zo gewelddadig. "Vergelijk het met Afghanistan toen er beelden van Boeddha werden verwoest. Nergens hebben we een agressieve reactie of een betoging van boeddhisten gezien. Terwijl enkele flauwe cartoons in een krant aanleiding zijn voor massaal geweld onder moslims. Er is dus blijkbaar een probleem met de islam: alles waarover men kwaad kan zijn - een recht dat iedereen heeft en dat ik niet betwist - kan ook geweldreacties uitlokken. Dat gaat te ver. Je kunt zeggen dat je het niet met deze cartoons eens bent, maar daar moet het ook stoppen. Er is dringend onderzoek nodig naar het waarom van die gewelddadige reacties."

Vermeersch betreurt het standpunt dat de moslimexecutieve heeft ingenomen. "Ze zouden duidelijk kunnen maken dat het gaat om journalisten die de islam te weinig kennen en die wat overdrijven. En dat er in ons land ook over het christendom cartoons worden gepubliceerd. Ze lijken niet te beseffen dat sommigen door hun standpunt extreem kunnen reageren. De Executieve mag de cartoons uiteraard wel ongepast vinden, maar ze zou het belang ervan moeten reduceren tot wat het maar is."

 

 

Kiezen tussen Kruis & Pistool

Etienne Vermeersch

 'De Bijbel is en blijft mensenwerk. Het gaat niet om de letter van de tekst, maar om de inspiratie die je eruit puurt', zegt de schrijver met 'een' godsgevoel. 'Welke inspiratie? Dat je mensen mag uitroeien?', pareert de filosoof die jaren geleden al rationeel bewees dat de god van het christendom niet bestaat.

Etienne Vermeersch (71) wilde wel eens weten wie die Christophe Vekeman (33) was die zijn atheïsme zo op de korrel nam. De Morgen bracht ze samen voor een duel over geloof en rede. Bestaat Hij of bestaat Hij niet? En kan Vekemans God die van de liefde zijn, als Zijn Woord volgens Vermeersch in bloed geschreven werd? "U schijnt niet te beseffen dat u met uw vorm van godsgeloof gedurende achttien eeuwen vervolgd zou zijn door de godsdienst waarmee u zegt te sympathiseren." "Ik heb bij het begin van dit gesprek gezegd dat ik hier niet als spreekbuis van het katholicisme zit. Ik ben godbetert kardinaal Danneels niet!"

 

De waarheid over euthanasie (Etienne Vermeersch, DS-opinie, 2004)

In een recent opiniestuk over euthanasie stellen heel wat prominenten dat een arts niet kan gedwongen worden om euthanasie toe te passen (DS 17 november 2004): 'De patiënt heeft het recht om aan euthanasie te vragen, maar hij kan niet eisen dat aan zijn vraag wordt voldaan.' Dat is juist. Maar jammer genoeg bevat de rest van hun tekst pijnlijke vergissingen, zegt Etienne Vermeersch.

 

Hippocrates' probleem

Het gebod "gij zult niet doden" zou aan elke menselijke beschaving ten grondslag liggen. De waarheid is dat bijna alle beschavingen in veel situaties doodslag formeel opleggen. Zo staan er in de bijbel talloze aansporingen tot doden. Denk aan de overspelige vrouw, maar ook aan de man die hout sprokkelt op de sabbat en moet gestenigd worden. Zelfs nu nog zijn er culturen waar eremoord als morele plicht geldt. Sommige intellectuelen weten blijkbaar niet dat men al 63 jaar geleden heeft aangetoond dat het gebod in Exodus "lo tirtsah" niet betekent "gij zult niet doden", maar "gij zult geen moord plegen". Dat wil zeggen dat je niemand mag doden die volgens de regels van de maatschappij niet mag gedood worden, wat nogal evident is.

Het is naïef om problemen van de 21ste eeuw te willen verhelderen met teksten van meer dan 2.000 jaar geleden. De Eed van Hippocrates verbiedt immers ook elke vorm van chirurgie. Onze maatschappij moet, op basis van de waarden die nu voor de meerderheid belangrijk zijn, de normen voor het handelen vastleggen. Terecht onderstrepen de ondertekenaars dat het respect voor de individuele autonomie en vrijheid daarin een centrale rol moet spelen. Maar die autonomie geldt dan blijkbaar niet voor de gewichtigste beslissing die men ooit kan nemen: uit het leven stappen, omdat het op objectieve gronden en in de subjectieve belevenis ondraaglijk geworden is.

Respect is moeilijk

Velen vinden dat ook de ultieme beslissing om van het leven afstand te doen legitiem kan zijn, anderen hebben daar problemen mee. Is het zo moeilijk de opties van de medemens hierin te respecteren? Voorstanders van euthanasie en zelfdoding dringen anderen niets op; waarom moeten de tegenstanders wel hun mening opdringen? Waarom zegt men dat euthanasie uitsluitend de verdwijning van de patiënt op het oog heeft, terwijl men goed weet dat de deernis om de lijdende mens de voornaamste motivering is?

Waarom suggereert men dat grote groepen in de samenleving vinden dat het menselijke leven in bepaalde gevallen geen respect meer verdient, waarbij de problemen rond het embryo en de foetus in één adem vermeld worden met die rond gehandicapten en ongeneeslijk zieken? Kan het nog verwarrender en tendentieuzer? En dan nog de kwetsende uitspraak dat volgens de voorstanders van euthanasie bepaalde mensenlevens minder waarde zouden hebben, hoewel het bij euthanasie alleen gaat over het als ondraaglijk inschatten van het eigen leven.

Sommige intellectuelen weten blijkbaar niet dat men al 63 jaar geleden heeft aangetoond dat het gebod in Exodus "lo tirtsah" niet betekent "gij zult niet doden", maar "gij zult geen moord plegen". Dat wil zeggen dat je niemand mag doden die volgens de regels van de maatschappij niet mag gedood worden, wat nogal evident is.

Etienne Vermeersch

Fun in Fallujah

De ondertekenaars zeggen dat volgens de wet een verzoek van de patiënt geen verplichting tot euthanasie bij de arts inhoudt. Na deze vaststelling, waarover geen discussie bestaat, gaan ze volledig uit de bocht. Uiteraard mag een instelling een arts niet tot euthanasie dwingen, niemand heeft dat ooit beweerd. Maar de auteurs denken dat een instelling een arts wel kan verbieden euthanasie toe te passen.

Euthanasie is slechts aanvaardbaar als zowel arts als patiënt in geweten tot het besluit komen dat het de enige uitweg is. In plaats van die gewetensbeslissing te respecteren, zou een ziekenhuisbestuur - dat bij definitie geen geweten heeft, alleen individuele mensen hebben dat - de arts kunnen verbieden zijn geweten te volgen in de meest aangrijpende en intieme beslissing die hij ooit kan nemen. Dat is een totale negatie van het respect voor de patiënt en voor de arts.

Iedereen neemt aan dat een patiënt het recht heeft een arts te vragen die nooit euthanasie toepast. Maar dat hij zelfs het recht zou hebben te eisen dat in een heel ziekenhuis - of een ziekenhuisnetwerk? - geen euthanasie wordt uitgevoerd, is te gek voor woorden.

Het enige argument dat deze tekst schijnt te schragen, is de suggestie dat de euthanasiewet het respect voor het leven vermindert. Dat is puur speculatieve sociologie, waarvoor nooit een bewijs werd geleverd. De Amerikanen in Fallujah die een adrenalinestoot krijgen bij het doden van hun medemens, hebben nooit over euthanasie gehoord. Als ze onze debatten hierover hadden meegemaakt, zouden ze dan nog meer 'fun' beleven? Ik durf het betwijfelen.

Volwaardige autonomie

De kluisters van de huidige euthanasiewet moeten inderdaad springen. Volwassenen kunnen nu, op eigen verzoek, uit hun lijden verlost worden; minderjarigen niet: die mogen wel zinloos blijven lijden.

Voor mij persoonlijk zou het eindstadium van Alzheimer een ontluistering zijn. Maar de huidige wet laat de uitvoering van mijn wilsbeschikking daarover niet toe. Mag ik die gedachte ondraaglijk vinden?

Medische hulp bij zelfdoding was in België ook voor de wet niet strafbaar, maar er hangt wel een sfeer van onduidelijkheid over. Voor de rechtszekerheid is het beter dat de criteria daarvoor met die van euthanasie worden gelijkgesteld. Hetzelfde zou trouwens moeten gebeuren voor de terminale verdoving, die nu in een juridisch vacuüm wordt uitgevoerd.

Ten slotte zijn we het er allemaal over eens dat we de palliatieve zorg verder moeten ontwikkelen. Maar ieder eerlijk mens weet ook dat, ondanks de beste zorg, de euthanasievraag niet altijd verdwijnt. Laten we, zeker als het over de lijdende medemens gaat, respect hebben voor de waarheid, de hele waarheid en voor de autonomie, de volwaardige autonomie.

Etienne Vermeersch

De auteur is filosoof en emeritus hoogleraar van de Universiteit Gent.